Agribusiness is toch niet sexy genoeg voor jongeren? De digitalisering vordert gestaag in de groene sector, waar ook logistiek en marketing steeds belangrijker worden. Klimaatverandering vraagt om nieuwe plantensoorten en intelligente irrigatiesystemen. Mbo- en hbo-studenten zijn dus meer dan nodig. Ook de duurzame consument wordt steeds kritischer. Is vleesconsumptie nog wel van deze tijd? Moeten we nog coffee-to-go-bekers gebruiken? Op de Landesgartenschau (LaGa) in Kamp-Lintfort gaf projectcoördinator Alexa Willems van het Duits-Nederlandse INTERREG-project Regional Skills Labs een interview.


Wat houdt het Duits-Nederlandse INTERREG-project Regional Skills Labs in?

Het project Regional Skills Labs richt zich op ondernemersvraagstukken met betrekking tot de verschillende schakels in de waardeketen van de agribusiness. Het houdt zich met name bezig met de technische werkprocessen op het gebied van de digitalisering en de personele middelen. Daarnaast worden nieuwe producten gecreëerd in werkgroepen met verschillende samenstellingen. In de vijf Skills Labs behandelen we verschillende onderwerpen in de hele waardeketen van de agribusiness. Voor meer informatie kunt u terecht op onze website: https://regional-skills-labs.eu/


Welke onderwerpen van het project worden bijzonder goed ontvangen door de bezoekers van de LaGa?

De belangstelling van de LaGa-bezoekers is groot. Zij stellen het op prijs om inzicht te krijgen in het projectwerk. De nadruk ligt op grensoverschrijdende samenwerking en culturele verschillen. Verder is de belangstelling gericht op de structurele verandering in de landbouw, de ontwikkeling in de richting van de zogenaamde landbouw 4.0 en vragen over klimaatverandering. Onze ideeënzuil, waarop mensen opmerkingen en vragen kunnen schrijven, is erg populair.


Welke technische innovaties in de agribusiness of productontwikkelingen in de voedingssector zijn uit dit project voortgekomen en zijn populair bij EU-burgers?

Graag geef ik u enkele voorbeelden van de verschillende Skills Labs:


Op de LaGa presenteren we een trainingsmodule waarin bedrijven worden geïnformeerd over hoe ze zich aantrekkelijk kunnen presenteren op het internet, omdat aantrekkelijke bedrijven gemakkelijker werknemers vinden. Dat de homepage van een bedrijf en de aanwezigheid op de sociale media een belangrijke bijdrage leveren aan het imago van het bedrijf, wordt ook bevestigd door onze samenwerking met enkele studenten van de Fontys Hogeschool in Venlo. Aan de hand van voorbeelden van agribusiness-bedrijven ontwikkelden zij tips voor een goede online aanwezigheid, met bijzondere aandacht voor de doelgroep potentiële medewerkers.


Met het project Digital Chef is een digitale leeromgeving met interactief lesmateriaal gecreëerd die intuïtief en gebruiksvriendelijk is. Op dit moment zijn er zeven lesmodules: zuivelproducten, brood/banket en suikerwerk, vlees/vis en vleesvervangers, groenten en fruit, dranken, maaltijden, en technologie en onderhoud. In het kader van een bedrijfssamenwerking werden nieuwe vla-varianten ontwikkeld door studenten en staan op het punt om op de markt te worden gebracht.


Door de digitalisering is ook het thema schriftelijke rapportage aan verandering onderhevig. Er bestaan al talrijke varianten van online rapportages die aan bedrijven worden aangeboden. Slechts zelden hebben bedrijven de mogelijkheid om een nieuw type onlinerapportage in detail te bekijken en te beslissen welke het beste kan worden gebruikt. Onze workshops hebben tot doel de deelnemers een gedetailleerd overzicht te geven van onlinerapporten voor tuinders. De belangstelling ervoor is groot, zodat de workshops in de toekomst ook in de vorm van webinars worden aangeboden.


Een onderdeel van het projectwerk was de toepassing van OneNote speciaal voor de tuinbouwsector. OneNote is een digitaal notitieboekje waarmee de gebruiker zichzelf kan organiseren, ideeën kan verzamelen, informatie kan delen en nog veel meer. OneNote kan worden gebruikt om documentatie over verschillende plantenculturen te maken, om procedurele instructies te geven, om aanbiedingen en bestellingen op te slaan en om foto’s van actuele producten te maken. In samenwerking met de ‘Kamer van Landbouw van Noordrijn-Westfalen’ zijn erworkshops gehouden over OneNote in de tuinbouw. We hebben de inhoud omgezet in videotutorials.


Er zijn leerapplicaties in quizformaat ontwikkeld over de onderwerpen Culturele verschillen tussen Duitsland en Nederland en Hoe goed ken je groenten en fruit?. Daarnaast werden in tal van workshops innovaties aan een breed publiek tentoongesteld. Hoogtepunten waren onder andere: Nieuw irrigatiesysteem: de druppel-irrigatiewagen in de praktijk, Dronegebruik in de tuinbouw en de landbouw, Diergezondheid in het middelpunt – moderne monitoring, Automatische voeding.


Leidt het project ook tot een duurzame grensoverschrijdende samenwerking tussen Duitsland en Nederland?

We stellen vast dat er nu een goede status is bereikt om de resultaten over de grenzen heen verder te verdiepen en uit te breiden. Sommige onderwerpen, zoals gewasbescherming, blijken nog steeds moeilijk te zijn als gevolg van de verschillende nationale wetgevingen. Bij de mbo-scholen en hogescholen zijn zowel op het niveau van de studenten als op dat van de docenten grensoverschrijdende samenwerkings- en uitwisselingsmogelijkheden tot stand gebracht.


Wat was voor u als hoofdpartner van dit project de grootste uitdaging naast de coronacrisis?

Door seizoensgebonden factoren is het moeilijk om bedrijven te betrekken bij projecten tijdens het hoogseizoen. Onze activiteiten zijn daarom gericht op tijden buiten het hoogseizoen.


Gärtnerin’ Dorothee Brelage-Hanka (links) en Alexa Willems op de LaGa

Wat hebben een schuttersfeestkrant, een ontwerprichtlijn voor industriële tussenvloeren en een scholierenuitwisseling met elkaar te maken? Het zijn drie goedgekeurde People-to-People-projecten, die bedoeld zijn om de grensoverschrijdende samenwerking te versterken. Hoe dit werkt, kunt u hier lezen.


Schuttersfeestkrant

De tweede editie van de euregio-schuttersfeestkrant wordt verhoogd van 40.000 naar 60.000 tot 65.000 exemplaren, om zo een grotere grensoverschrijdende doelgroep te bereiken. Het doel is om meer burgers, bedrijven, verenigingen en instellingen aan de andere kant van de grens te bereiken en hen duurzaam met elkaar te verbinden. Aan Nederlandse zijde wordt de krant verspreid tussen Roermond en Venlo en via alle deelnemende schutterijen op het komende euregio-schuttersfeest (september 2021) en via het Schutterijmuseum in Steyl. Aan Duitse zijde wordt de krant niet alleen in Brüggen, Bracht en Kaldenkirchen verspreid, maar ook buiten deze plaatsen. De projectpartners hopen dat de verenigingen op deze manier van elkaar zullen leren en elkaar uiteindelijk zullen versterken door gezamenlijke activiteiten. 


Ontwerprichtlijn

De ontwerprichtlijnen voor industriële tussenvloeren zijn verschillend in Nederland en Duitsland. Dit leidt tot veel bouwkundige problemen bij grensoverschrijdende opdrachten. De richtlijn wordt nu door Duitse en Nederlandse partners geactualiseerd. Naast de bouweisen worden er in de richtlijn ook eisen gesteld aan de materialen, de herkomst van de materialen en de productie. De nieuwe richtlijn moet leiden tot harmonisatie tussen Duitsland en Nederland met betrekking tot de constructie van tussenvloeren, een eerlijkere concurrentie op nationaal en internationaal niveau en een betere garantie van de veiligheid. Met deze richtlijn wordt het bovendien gemakkelijker voor bouwkundig ingenieurs om dit type constructies te beoordelen en wordt het voor veel MKB-bedrijven eenvoudiger gemaakt toegang te krijgen tot grensoverschrijdende opdrachten.


Scholierenuitwisseling

Het doel van het project Stem 2 Lingua is om euregionale leerlingen van 8 tot 10 jaar in staat te stellen met elkaar te communiceren en interesse te wekken om elkaars leefruimte en cultuur te leren kennen. Partnerscholen worden ondersteund in uitwisselingsprojecten waarin een onderwijscyclus met ‘programmering en codering’ wordt aangeboden. Leerlingen maken ‘sheets’ over hun omgeving en leren zo de woordenschat, cultuur en omgeving van de euregionale partnerscholieren kennen. De volgende scholen doen mee: regio Zuid: Basisschool de Opstap Brunssum – Westzipfel Schüle Saeffelen / Schalbruch Basisschool de Trampoline Brunssum – KGS Alsdorf, regio Zuid/Midden: Basisschool de Lahrhof Sittard – KGS Arsbeck -Wildenrath  en regio Midden/Noord: Basisschool Triangel Linne – GGS Breyell Nettetal. Het is de bedoeling om in het schooljaar 2020/2021 dit met andere partnerscholen uit te breiden. De grensoverschrijdende meerwaarde is dat de leerlingen nauwer met elkaar in contact komen, en de vreemde taal, cultuur en leefruimte niet meer als een geografische grens of taalbarrière zien, maar als kans.


Deze People-to-People-projecten worden mogelijk gemaakt door het INTERREG V A-Programma Deutschland-Nederland en begeleid door de euregio rijn-maas-noord.


Burgemeester Bob Vostermans van Beesel bekijkt de voorgaande editie van de krant

Het Duits-Nederlandse Grenspark Maas-Swalm-Nette kenmerkt zich door mooie landschappen met veel heide en bos. Nationaal Park de Meinweg bevindt zich het centrum van het Grenspark. Van 20 tot 24 april bestreden de Nederlandse en Duitse brandweren gezamenlijk de natuurbrand, die 200 ha natuur en bos in de as legde. De brand trok zich niets aan van landsgrenzen. In de Duitse gemeente Niederkrüchten zijn 10 ha heide verbrand. Lees hier de nieuwsbrief over de brand.

 

Nadat in 2010 in Nederland verschillende grote natuurbranden hadden plaatsgevonden werd er een nationaal programma natuur- en bosbrandpreventie opgestart. In het kader van dit programma is door provincie Limburg, Veiligheidsregio Limburg Noord, Nationaal Park de Meinweg en de gemeente Roerdalen een pilotproject uitgevoerd op het Nederlandse deel van de Meinweg. Resultaat van deze pilot was het vaststellen van een hoog risico op het ontstaan van een onbeheersbare brand en een verbeterde samenwerking tussen brandweer en natuur- en bosbeheer. Bij de presentatie van deze resultaten aan de aangrenzende Duitse brandweren en grensgemeenten door burgemeester Monique de Boer-Beerta (gemeente Roerdalen) werd duidelijk dat het noodzakelijk was dit thema grensoverschrijdend op te pakken.

 

Het Duits-Nederlandse Grenspark Maas-Swalm-Nette in Roermond is daarom in 2016 samen met vele partners begonnen met de uitvoering van het INTERREG project natuur- en bosbrandpreventie. Doel was de grensoverschrijdende samenwerking tussen bos- en natuurbeheer en brandweer te verbeteren en maatregelen uit te voeren om het brandgevaar te verminderen. De eerste vuurproef voor de samenwerking toonde zich twee jaar geleden bij de brand op de Heronger Heide in Straelen (D), die met behulp van een Nederlandse blushelikopter relatief snel geblust kon worden.

 

Bij de recente grote brand op de Meinweg in April lukte het snelle blussen ondanks inzet van meerdere blushelikopters helaas niet. Door extreme droogte en een harde oostenwind kon de brand ondanks zeer hoge personeel- en materiaalinzet pas na vijf dagen definitief geblust worden. “De uitstekende samenwerking tussen brandweerkorpsen en operationele leiding uit beide landen speelden een beslissende rol”, benadrukt de voorzitter van het Grenspark Andreas Budde.

 

In februari zijn nog maatregelen gerealiseerd, waarbij naaldbomen verwijderd zijn langs geplande brandgangen. Het in de gemeente Roerdalen aangelegde bluswaterinnamepunt bij de Effelder Waldsee kon direct gebruikt worden om de benodigde hoeveelheden water te leveren voor de blusvoertuigen en blushelikopters. In het project natuur- en bosbrandpreventie waren voor dit jaar gemeenschappelijke oefeningen gepland voor Nederlandse en Duitse brandweerkorpsen. Deze oefeningen konden door de Corona-pandemie niet plaatsvinden. Secretaris van het Grenspark Leo Reyrink: „Uit de evaluatie van de samenwerking bij de bestrijding van de brand op de Meinweg kunnen de projectpartners meer leren dan van de meest succesvolle oefening “.

 

Op basis van toekomstig te verwachten extreme weersituaties is de voortzetting van de grensoverschrijdende samenwerking in natuur- en bosbrandpreventie dringend nodig. De opgedane ervaring moeten gebruikt worden om verdergaande brandpreventieve maatregelen uit te voeren om het risico op onbeheersbare branden in natuur en bosgebieden verder te verminderen.

 

INTERREG project Natuur- en Bosbrandpreventie

 

Het project Natuur- en bosbrandpreventie wordt uitgevoerd in het kader van het INTERREG-programma Deutschland-Nederland en mede gefinancierd door de Europese Unie, Het ministerie WIDE van de Duitse deelstaat Nordrhein-Westfalen en de Nederlandse provincie Limburg. De kosten van het project (dat loopt van 2016 tot 2020) bedragen € 840.000. Van Mook & Middelaar tot Roerdalen dragen 16 Nederlandse en Duitse grensgemeenten en terreinbeherende organisaties financieel bij aan het project. Doel van het project is de verbetering van de grensoverschrijdende samenwerking en de uitvoering van maatregelen om natuur- en bosbranden te voorkomen en te bestrijden in het Grenzwald (D), de Nederlands-Duitse Meinweg en de Maasduinen.

 

De INTERREG-commissie van de euregio rijn-maas-noord heeft op 20 april 2020 vijf nieuwe People-to-People-projecten goedgekeurd. Twee daarvan presenteren we u nu, de andere drie in juni. De Glücksexpress is bedoeld om 4.000 mensen uit Duitsland en Nederland geluksmomenten te bezorgen in natuur en cultuur. Het project Kennis delen is vermenigvuldigen is bedoeld om 500 mensen aan beide zijden van de grens op een grensoverschrijdende en duurzame manier met elkaar te verbinden door middel van 8 thema-avonden.

 

Kennis delen is vermenigvuldigen

 

Doel van dit project van de gemeente Venlo en de mediatheek van de stad Krefeld is door kennisuitwisseling en grensoverschrijdende ontmoetingen te komen tot een beter begrip voor elkaar. Het omvat in totaal 8 bijeenkomsten met interessante lezingen. Thema’s zijn bijvoorbeeld de politieke verschillen tussen de twee landen, de verschillende onderwijssystemen, de (gemeenschappelijke) geschiedenis en de arbeidsmarkt aan beide zijden van de grens. Het project richt zich op mensen uit verschillende lagen van de bevolking uit de grensregio, die via een onderwerp met elkaar in gesprek komen. Alle onderwerpen worden steeds vanuit zowel de Nederlandse als de Duitse optiek belicht, waarna er een gesprek plaatsvindt. Met de bijeenkomsten willen de initiatiefnemers nieuwe groepen geïnteresseerden voor grensoverschrijdende thema’s interesseren. Er wordt rekening mee gehouden dat bepaalde doelgroepen specifiek worden aangesproken, bijvoorbeeld de studenten van de regionaal aanwezige hogescholen en universiteiten. De organisatie verwacht in totaal zo’n 500 deelnemers.

 

Geluksexpress

 

De Stichting Gastvrij Roerdalen-Wassenberg heeft al twee elektrisch aangedreven shuttletreinen. In totaal krijgen 53 mensen, ook zij die minder goed ter been zijn, hiermee gelijktijdig de gelegenheid om van de Natura 2000-gebieden De Meinweg, Roerdal en Swalmdal te genieten. Met de subsidie en de bijdragen van de partners is het economisch voortbestaan van deze uitstapjes de komende 10 jaar gewaarborgd. In 2020 worden de ‘geluksplekken’, die zowel in Wassenberg als in Roerdalen bestaan, met de Geluksexpres verbonden. Het doel is om ca. 4.000 recreanten uit Duitsland en Nederland een geluksbeleving te bezorgen. Arrangementen worden aangeboden via de lokale VVV, de eigen website en de website van de toeristische ondernemers. Thema’s zijn: Aspergeroute, Kastelentoer, Proeveri(j)tje, Gelukstour en Meinwegtoer. Recreanten, verenigingen en maatschappelijke (zorg)instellingen uit Wassenberg (D) en omgeving alsook uit Roerdalen en omstreken gebruiken de trein voor een gezamenlijk dagje uit. Zij maken kennis met elkaar en genieten van cultuur, natuur en landschap. Dit heeft een positief effect op de economie, het werk en het inkomen in de grensregio.

 

 

”Monique, Rianne en ik kunnen goed met elkaar opschieten. Kalle Wassong, burgemeester van Niederkrüchten, vertelt over zijn twee directe euregiocollega’s in Roerdalen en Roermond. “Het vertrouwen is er en dat is belangrijk, vooral in existentiële crisissituaties, zoals bij de bestrijding van de bosbrand in het grensoverschrijdende Meinweggebied”. Voor het komende INTERREG VI-programma vanaf 2022 heeft Wassong al ideeën.


“We hebben in 30 jaar geen bosbrand op deze schaal gehad. Alleen al aan de Duitse kant zijn er 1.600 brandweermannen ingezet. Er is 7,5 kilometer waterleiding aangelegd en veel particuliere bedrijven en boeren hebben ondersteuning geboden met grote voertuigen voor het watertransport. Maar elke crisis heeft ook positieve gevolgen. We hebben geleerd dat communicatie, watervoorziening en de toestand van de boswegen belangrijk zijn. De twee nationale brandbestrijdingssystemen zijn weliswaar zeer verschillend, maar de samenwerking tussen de Duitse en Nederlandse hulpdiensten is zeer goed. Verschillende stafmedewerkers spreken zowel Duits als Nederlands. Zij oefenen elk jaar samen over de grens, maar tot nu toe is er een gebrek aan gezamenlijke praktijkoefeningen van de brandweerlieden in het grensgebied. Er was ook een liaison tussen de twee landen tijdens de brand; één telefoontje was voldoende. Leger- en politiehelikopters uit zowel Duitsland als Nederland werden ingezet en konden respectievelijk 2.000 en 8.000 liter water uit het Blanke Water opnemen. Door de rampsituatie met deze brand is de wens toegenomen om sneller deuren te openen bij overheden, bijvoorbeeld bij het Duitse Ministerie van Milieu. Dit is waar de parlementsleden Dr. Marcus Optendrenk (CDU) en Dietmar Brockes (FDP) voor pleiten in het deelstaatparlement van Noordrijn-Wesfalen.”


Nieuw INTERREG VI-programma 

Het nieuwe INTERREG VI-programma (vanaf 2022) biedt in de euregio rijn-maas-noord mogelijkheden om de grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van bosbrandbestrijding verder uit te breiden. Met het project Natuur- en bosbrandpreventie was er al in het kader van INTERREG V-A een project, waarbij 100 slangkoppelingen werden gerealiseerd om de Duitse en Nederlandse slangensystemen op elkaar aan te sluiten. “In een nieuw programma denk ik met name aan de ontwikkeling van diepe putten voor de bluswatervoorziening, de digitalisering van de cartografie, vooral aan Duitse kant, en de verbetering van de communicatie. We hebben een 5G-verbinding nodig in het bosgebied. Dit project kan worden uitgevoerd in de gehele euregio rijn-maas-noord, waar meer dan 10.000 hectare bos ligt. Het is belangrijk om over de grens te kijken op het gebied van natuurbehoud en landschapsplanning. De euregio verruimt mijn blik en ik krijg heel andere informatie dan wanneer ik alleen naar mijn eigen land kijk”, zegt de burgemeester met de “holländische Nase”, zoals hij dat noemt.


In het blauw: links burgemeester Kalle Wassong en rechts burgemeester Monique de Boer-Beerta

Door de coronacrisis staat het thema gezond bouwen centraal. Het grensoverschrijdende Healthy Building Network heeft meer dan twintig aanvragen ontvangen voor innovatievouchers ter bevordering van duurzaam bouwen. Het nieuwe archiefgebouw van de Kreis Viersen moet eind juni 2021 klaar zijn. Met dit project wil men laten zien dat duurzaam bouwen ook economisch gezond kan zijn. Lees hier het interview met projectmanager Anastasia Araktsidou over dit INTERREG-project.

 

Wat is het Healthy Building Network? Hoe werkt het? En wie financiert het?

Het Healthy Building Network (HBN) is een innovatienetwerk en kennisplatform dat gespecialiseerd is in gezond bouwen en renoveren. Het INTERREG-project heeft tot doel het bewustzijn van gezond bouwen en renoveren te vergroten, bedrijven te inspireren en bestaande kennis over recyclingmanagement, intelligent gebruik van duurzame materialen en energie-efficiëntie beschikbaar te stellen.

Het Healthy Building Network biedt innovatievouchers aan voor verschillende diensten die bedrijven op weg helpen naar een gezond gebouw. Bedrijven kunnen deze vouchers gebruiken om diensten van andere bedrijven of van onderzoeks- en onderwijsinstellingen af te nemen. Een voucher kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor een haalbaarheidsstudie of voor een project om gezonde materialen te ontwikkelen. Op deze manier draagt het grensoverschrijdende netwerk bij aan de ontwikkeling van een modelregio, waarin de nieuwste technologieën levendig en tastbaar worden. Want gezonde gebouwen zijn een goed visitekaartje voor het bedrijf.

Het HBN wordt in het kader van het INTERREG V-A-programma gefinancierd door de Europese Unie, de provincie Limburg, het ministerie van Economische Zaken, Innovatie, Digitalisering en Energie van de deelstaat Noordrijn-Westfalen en andere projectpartners. Zie ook https://healthybuildingnetwork.com.  

 

Hoe staat het met de innovatievouchers? Hoeveel bedrijven doen al mee?

Veel goede en innovatieve ideeën hebben ons in de afgelopen maanden bereikt. Op dit moment hebben we meer dan twintig aanvragen, die we de komende weken verwachten te kunnen goedkeuren. Hiervoor zijn we nog steeds op zoek naar productiebedrijven en dienstverleners die de aanvragers kunnen ondersteunen in het kader van een betaald contract. We kijken er ook naar uit om van innovatieve bedrijven te horen of ze de juiste partner voor een van de projecten kunnen zijn.

 

Met het nieuwe archiefgebouw van de Kreis Viersen wordt momenteel een proefproject opgezet aan de Duitse kant van onze euregio. Wat is de status hiervan?

De nieuwbouw van het archief is een voorbeeldproject in de Kreis Viersen op het gebied van gezond en duurzaam bouwen. Op dit moment verloopt de bouw volgens plan; de grondwerken zijn afgerond en de betonwerken zijn in maart gestart. De vloer dient medio mei klaar te zijn. De eerste steen moet in juli 2020 worden gelegd. Of er sprake zal zijn van vertraging als gevolg van de coronacrisis is nog niet bekend. De voltooiing staat echter nog steeds gepland voor eind juni 2021. 

Het gebouw is duurzaam, niet alleen vanwege de grondstofbesparende bouwmethode, maar ook vanwege het energiebesparende ontwerp. Er worden geen fossiele brandstoffen gebruikt om warmte en koude op te wekken tijdens het gebruik. Bovendien komt er geen gasaansluiting in het nieuwe gebouw. Het gebouw wordt uitgerust met milieuvriendelijke technologieën, bijvoorbeeld met zonnecollectoren en zonnepanelen op het dak in combinatie met een warmtepomp. ’Landrat’ Dr. Andreas Coenen zegt: “We bouwen het eerste gebouw in Noordrijn-Westfalen dat consequent de principes van circulaire waardecreatie toepast. We laten daarmee zien dat duurzaam bouwen economisch verantwoord is”.

 

U schrijft op uw website dat gezonde gebouwen juist relevant zijn in tijden van corona. In hoeverre is dit merkbaar bij bedrijven? Hoe krijgt u juist nu aandacht voor dit onderwerp?

We merken duidelijk dat het onderwerp gezondheid steeds belangrijker wordt. Hoewel het op dit moment op sommige plaatsen wat rustiger is, worden de aanvragen steeds concreter. Waar in het begin vrij algemene vragen werden gesteld over het onderwerp gezond en duurzaam bouwen, worden de vragen nu specifieker; het ‘hoe’ krijgt de focus. Zo krijgen we vaak vragen over hoe we op een gezonde manier in gebouwen kunnen werken. Dit vereist echter een combinatie van bouwkundige maatregelen aan de ene kant en gedragsmatige acties aan de andere kant. Door de huidige situatie staan bedrijven meer open voor nieuwe manieren van werken en worden ze veel creatiever. En dat is precies wat de voedingsbodem is voor innovaties en nieuwe benaderingen, die gezond bouwen met zich meebrengt. Ook wij als projectpartners hebben op dit moment wat meer tijd en kunnen die gebruiken voor persoonlijke gesprekken met bedrijfsvertegenwoordigers.  

 

Er wordt vaak gezegd dat gezond bouwen duur is. Is dat waar?

Nee, dat is niet waar. We zien in onze projecten dat gezonde en circulaire gebouwen maximaal 5% duurder zijn dan conventionele gebouwen, en dat alleen in termen van investeringskosten. Als je daar de exploitatie- en onderhoudskosten bij optelt die gedurende de levensduur van zo’n gebouw worden gemaakt en het feit dat de gebruikers ervan volgens de laatste bevindingen productiever en minder ziek zijn, dan wegen de economische voordelen ruimschoots op tegen de kosten. Dit wordt ook ondersteund door onze business cases, die we zowel voor het Stadskantoor Venlo als voor gezonde gebouwen in het algemeen concreet hebben ontwikkeld.

 

 

Stadskantoor Venlo, Ton Desar.

In een gezamenlijke brief aan de landelijke en regionale overheden in Duitsland, Nederland en België dringen de vijf euregio’s aan op het vinden van overgangsoplossingen voor grenspendelaars die door de coronacrisis getroffen zijn. Uit de vele vragen die de GrensInfoPunten van de euregio’s dagelijks binnenkrijgen blijkt dat grenspendelaars vaak geen recht hebben op nationale hulpmaatregelen, omdat ze in een ander land werken dan ze wonen. Zo maken ondernemers weinig of geen kans op sociale uitkeringen of andere steun en is er geen recht op arbeidstijdverkorting.


De euregio’s dringen bij de drie landen aan op regionale overgangsoplossingen en wijzen erop dat alleen verwijzen naar de wet- en regelgeving van het buurland de getroffenen niet helpt. De euregio’s verrichten al decennia lang inspanningen om de grensregio’s te verbinden en willen daarom graag hun steun en medewerking aanbieden. Ze hebben al een gezamenlijke website, https://grenzinfo.eu/nl/informaties/werken-in-een-buurland/coronavirus-en-grensganger/ gelanceerd, waarop de belangrijkste grensoverschrijdende knelpunten als gevolg van de coronacrisis zijn vermeld.


De brief (PDF: NL & D) is ondertekend door de vijf directeuren van de EUREGIO (Gronau), Eems Dollard Regio, euregio rijn-maas-noord, Euregio Maas-Rijn en Euregio Rijn-Waal.


De medewerkers van de euregio rijn-maas-noord presenteren zich in een YouTube video. De centrale boodschap: we zijn er voor u, blijf in contact, juist nu in tijden van corona. Ze maakten deze video vanuit of nabij hun home-office en willen daarmee alle Nederlandse en Duitse inwoners een hart onder de riem steken tijdens de Europaweek die van 2 t/m 10 mei plaatsvindt.


YouTube

Mit dem Laden des Videos akzeptieren Sie die Datenschutzerklärung von YouTube.
Mehr erfahren

Video laden

Met het oog op het komende Duitse vakantieweekend van 1 mei roept de minister van Europese Zaken in Noordrijn-Westfalen, Dr. Stephan Holthoff-Pförtner, samen met de directeuren van de vier Euregio’s op om af te zien van onnodig grensoverschrijdend reizen. Hoewel de eerste versoepeling van de maatregelen ter bestrijding van de Corona-pandemie nu geleidelijk aan van kracht wordt, is het volgens hem nog steeds noodzakelijk om aan alle kanten van de grenzen voorzichtig te blijven.


Samen met de Euregio’s benadrukte de minister: “Blijf alstublieft verantwoordelijk! Samen zijn we erin geslaagd de verspreiding van het virus in onze grensoverschrijdende leefruimte te vertragen. Hoe langer we het zonder winkeltrips en vakanties doen, hoe eerder ze weer mogelijk zijn. Goed nabuurschap betekent ook dat je afstand moet houden over de grenzen heen!” De minister en de Euregio’s wijzen op de huidige Corona-inreisregeling, volgens welke reizigers na een verblijf van ten minste 72 uur in het buurland in principe 14 dagen thuis geïsoleerd moeten blijven. Uitzonderingen gelden hier bijvoorbeeld alleen voor pendelaars, maar niet voor vakantiegangers.


De minister: “Gezondheidsbescherming in grensregio’s kan alleen slagen over de grenzen heen. Wij danken de burgers voor hun begrip en voorzichtigheid. Door het overbodig reizen over de grenzen te vermijden, kunnen de grenzen vrijgehouden worden voor wat echt nodig is, voor de bevoorradingsstromen en de grenspendelaars. Dat de grenzen open konden worden gehouden, werd mogelijk gemaakt door de buitengewoon betrouwbare samenwerking met Nederland en België, die zich vooral in tijden van crisis bewijst.


Maike Hajjoubi, directeur van de euregio rijn-maas-noord in Mönchengladbach, zegt: “De positieve interactie met onze buren is en blijft belangrijk, zelfs in tijden van Corona. We zijn dankbaar dat de grens niet gesloten is. Corona zorgt ervoor dat we afstand van elkaar moeten houden, maar de onderlinge afhankelijkheid van onze naties mag daar niet onder lijden”.


Innovatieve gezamenlijke benaderingen

Corona heeft ook nieuwe uitdagingen gesteld voor de grensoverschrijdende samenwerking. Er zijn innovatieve gezamenlijke benaderingen om de pandemie tegen te gaan: In het kader van het INTERREG-project “Digipee” van de Euregio Rijn-Waal maakt de firma Medipee uit Moers bijvoorbeeld gebruik van 3D-printers voor de productie van gezichtsbeschermende maskers die ter beschikking worden gesteld aan ziekenhuizen en dokterspraktijken. Omringende ziekenhuizen en artsenpraktijken in de Euregio hebben al maskers aangevraagd, die het bedrijf schenkt.


Daarnaast doen Duitse en Nederlandse bedrijven onderzoek in Krefeld naar oppervlakken met zelfbeschermingsfuncties in het INTERREG-project “AutoProtect” van de euregio rijn-maas-noord. Deze oppervlakken hoeven niet meer zo vaak als voorheen te worden afgeveegd of gedesinfecteerd dankzij een speciale, zelfreinigende coating.


Om de huidige ontwikkelingen en maatregelen nauw op elkaar af te stemmen, heeft Nordrhein-Westfalen samen met de regeringen van Nederland en België de Cross-Border Task Force Corona opgericht, die zichzelf meerdere malen per week via een telefonische conferentie op de hoogte houdt. Ook Nedersaksen neemt hieraan deel. Het feit dat gevestigde structuren en netwerken die grensoverschrijdend werken nu worden aangevuld en ten volle worden benut, wordt zeer toegejuicht door de Euregio’s, die met hun expertise ook een bijdrage leveren aan de Task Force.


In het noorden, op het grondgebied van de EUREGIO, vindt een intensieve uitwisseling plaats tussen klinieken en gezondheidsorganisaties aan beide zijden van de grens. Veel netwerken die in het verleden op dit gebied zijn opgericht, bijvoorbeeld via het INTERREG-project “PREpare”, blijken nu zeer vruchtbaar te zijn, bijvoorbeeld in de uitwisseling van medische deskundigen of in het aanbod van bedden op de intensive care: “De beste praktijken in deze grensoverschrijdende samenwerking worden nu ook in de vorm van een verslag aan de Europese Unie doorgegeven”, zegt EUREGIO-directeur Christoph Almering.


Ook aan de zuidelijke grens van Noordrijn-Westfalen, in de Euregio Maas-Rijn (EMR), werken de partnerregio’s hand in hand binnen reeds bestaande structuren zoals EMRIC (Association for Incident and Crisis Management) of EPICC (Euregio Police Information & Cooperation Centre): dankzij zijn netwerk kon de EMR bijdragen aan een pragmatische oplossing voor de organisatie van de grenscontroles. Als gevolg daarvan zouden certificeringsstelsels en vrijstellingen kunnen worden gecreëerd.


De beperkingen in de Corona-crisis roepen veel vragen op voor de inwoners van het grensgebied en vooral voor de grenspendelaars. De GrensInfoPunten van de Euregio’s hebben een verzameling van relevante informatie over Corona en de maatregelen die in Noordrijn-Westfalen en de aangrenzende landen zijn genomen, samengesteld die te vinden is op https://grenzinfo.eu/nl/

Dit schooljaar nemen meer dan 200 Duitse Berufsschüler in de euregio rijn-maas-noord deel aan een cursus Nederlands. Dit blijkt uit de resultaten van het project euregio-Xperience 2.0, dat onder andere het doel heeft om mbo-studenten uit Duitsland en Nederland vertrouwd te maken met de betreffende buurtaal. “Ze doen bijvoorbeeld mee, omdat het opleidingsbedrijf Nederlandse klanten heeft, of verder willen studeren in Nederland. Ik geloof ook dat ze de taal willen leren uit respect voor de Nederlanders. Sinds september 2019 zijn er 13 taalcursussen ingepland, waaronder 10 snuffelcursussen en 3 taalcursussen op A2-niveau die het hele schooljaar zullen duren. We hebben in project 2.0, dat in juli 2019 van start ging, al  evenveel taalcursussen gepland  als in de tweede helft van het eerste project”, zegt Marleen Verberkt, projectcoördinator euregio-Xperience bij de euregio rijn-maas-noord.

 

Viersen en Grevenbroich

Op het Berufskolleg Viersen is de belangstelling zó groot, dat er twee cursussen gelijktijdig worden aangeboden. Christian Nieters is hoofd van de afdeling economie en administratie en  licht dit toe: “Elke dinsdagmiddag vinden er twee cursussen plaats voor in totaal meer dan 30 deelnemers. De Berufsschüler krijgen hiervoor verlof, omdat de werkgevers het belangrijk vinden dat hun medewerker  Nederlands kan spreken. In het beroepsopleidingscentrum in Grevenbroich ontvingen de deelnemers kort voor de kerstvakantie hun deelnamecertificaat. Docente Monika Hansen: “Toekomstige kinderverzorgers hebben een project uitgevoerd waarbij ze met Nederlandse kinderen klimaatvriendelijke maaltijden hebben gekookt. Naast hun normale lessen namen de leerlingen gedurende twaalf keer vier uur deel aan de taalcursus van een gepensioneerde Nederlandse docent Duits. Dit was zeer praktijkgericht. Er waren geen taalbarrières in de communicatie tussen de tien- tot twaalfjarige kinderen; ze gingen gewoon aan de slag. Ze praatten met elkaar en kookten natuurlijk”.

 

euregio-Xperience 2.0 is een initiatief van de euregio rijn-maas-noord

euregio-Xperience 2.0 is een initiatief van de euregio rijn-maas-noord in samenwerking met mbo-scholen en ondernemers uit de grensregio, dat loopt tot en met 30 september 2022. Met taalcursussen, cultuur- en sollicitatietrainingen, bedrijfsbezoeken en grensoverschrijdende stages hebben mbo-studenten uit Duitsland en Nederland de mogelijkheid om de grensoverschrijdende arbeidsmarkt te verkennen. euregio-Xperience 2.0 wordt onder andere mogelijk gemaakt door de euregio rijn-maas-noord, INTERREG V A van de Europese Unie, de provincie Limburg en de deelstaat Noordrijn-Westfalen. Als u meer wilt weten over het project euregio-Xperience 2.0, vindt u meer informatie op www.euregio-rmn.de. Of neem direct contact op met projectcoördinator Marleen Verberkt via  Marleen.Verberkt@euregio-rmn.de.

 

YouTube

Mit dem Laden des Videos akzeptieren Sie die Datenschutzerklärung von YouTube.
Mehr erfahren

Video laden

 

De Europese Commissie noemt het project euregio-Xperience met als doelgroep mbo-studenten  op YouTube  een succesvol voorbeeld van de Nederlands-Duitse samenwerking. In de euregio rijn-maas-noord nemen elk schooljaar ten minste 400 Duitse en Nederlandse mbo-studenten deel aan taalcursussen, cultuur- en sollicitatietrainingen, bedrijfsbezoeken of grensoverschrijdende stages.