Nederland en Duitsland zetten een stap naar elkaar toe op het gebied van de belastingheffing voor grenswerkers die thuiswerken. De afspraken zijn echter beperkt: grenswerkers mogen maximaal 34 dagen per jaar vanuit huis werken. Dat is onvoldoende. De Euregio’s langs de Duits-Nederlandse grens blijven zich dan ook inzetten voor betere oplossingen.
Sinds de pandemie is thuiswerken niet meer weg te denken uit onze werkwereld. Maar terwijl werknemers die wonen in het land waar ze ook werken geen fiscale nadelen ondervinden, is dat voor grenswerkers anders: dubbele belastingheffing treedt namelijk al in werking wanneer een grensarbeider slechts 30 minuten per dag vanuit huis werkt. Zo’n dag telt dan al als een “thuiswerkdag”.
Grenswerkers worden op meerdere vlakken benadeeld – ofwel door een minder flexibele werkdag of door een complexe en onoverzichtelijke fiscale situatie. “Dat kan echt niet,” zeggen de Euregio’s langs de Duits-Nederlandse grens. Sinds het einde van de pandemie en de toen geldende afspraken zetten zij zich dan ook in voor heldere en aan de werkrealiteit aangepaste belastingverdragen tussen de betrokken landen in hun regio.
