De INTERREG-commissie van de euregio rijn-maas-noord heeft op 20 april 2020 vijf nieuwe People-to-People-projecten goedgekeurd. Twee daarvan presenteren we u nu, de andere drie in juni. De Glücksexpress is bedoeld om 4.000 mensen uit Duitsland en Nederland geluksmomenten te bezorgen in natuur en cultuur. Het project Kennis delen is vermenigvuldigen is bedoeld om 500 mensen aan beide zijden van de grens op een grensoverschrijdende en duurzame manier met elkaar te verbinden door middel van 8 thema-avonden.

 

Kennis delen is vermenigvuldigen

 

Doel van dit project van de gemeente Venlo en de mediatheek van de stad Krefeld is door kennisuitwisseling en grensoverschrijdende ontmoetingen te komen tot een beter begrip voor elkaar. Het omvat in totaal 8 bijeenkomsten met interessante lezingen. Thema’s zijn bijvoorbeeld de politieke verschillen tussen de twee landen, de verschillende onderwijssystemen, de (gemeenschappelijke) geschiedenis en de arbeidsmarkt aan beide zijden van de grens. Het project richt zich op mensen uit verschillende lagen van de bevolking uit de grensregio, die via een onderwerp met elkaar in gesprek komen. Alle onderwerpen worden steeds vanuit zowel de Nederlandse als de Duitse optiek belicht, waarna er een gesprek plaatsvindt. Met de bijeenkomsten willen de initiatiefnemers nieuwe groepen geïnteresseerden voor grensoverschrijdende thema’s interesseren. Er wordt rekening mee gehouden dat bepaalde doelgroepen specifiek worden aangesproken, bijvoorbeeld de studenten van de regionaal aanwezige hogescholen en universiteiten. De organisatie verwacht in totaal zo’n 500 deelnemers.

 

Geluksexpress

 

De Stichting Gastvrij Roerdalen-Wassenberg heeft al twee elektrisch aangedreven shuttletreinen. In totaal krijgen 53 mensen, ook zij die minder goed ter been zijn, hiermee gelijktijdig de gelegenheid om van de Natura 2000-gebieden De Meinweg, Roerdal en Swalmdal te genieten. Met de subsidie en de bijdragen van de partners is het economisch voortbestaan van deze uitstapjes de komende 10 jaar gewaarborgd. In 2020 worden de ‘geluksplekken’, die zowel in Wassenberg als in Roerdalen bestaan, met de Geluksexpres verbonden. Het doel is om ca. 4.000 recreanten uit Duitsland en Nederland een geluksbeleving te bezorgen. Arrangementen worden aangeboden via de lokale VVV, de eigen website en de website van de toeristische ondernemers. Thema’s zijn: Aspergeroute, Kastelentoer, Proeveri(j)tje, Gelukstour en Meinwegtoer. Recreanten, verenigingen en maatschappelijke (zorg)instellingen uit Wassenberg (D) en omgeving alsook uit Roerdalen en omstreken gebruiken de trein voor een gezamenlijk dagje uit. Zij maken kennis met elkaar en genieten van cultuur, natuur en landschap. Dit heeft een positief effect op de economie, het werk en het inkomen in de grensregio.

 

 

”Monique, Rianne en ik kunnen goed met elkaar opschieten. Kalle Wassong, burgemeester van Niederkrüchten, vertelt over zijn twee directe euregiocollega’s in Roerdalen en Roermond. “Het vertrouwen is er en dat is belangrijk, vooral in existentiële crisissituaties, zoals bij de bestrijding van de bosbrand in het grensoverschrijdende Meinweggebied”. Voor het komende INTERREG VI-programma vanaf 2022 heeft Wassong al ideeën.


“We hebben in 30 jaar geen bosbrand op deze schaal gehad. Alleen al aan de Duitse kant zijn er 1.600 brandweermannen ingezet. Er is 7,5 kilometer waterleiding aangelegd en veel particuliere bedrijven en boeren hebben ondersteuning geboden met grote voertuigen voor het watertransport. Maar elke crisis heeft ook positieve gevolgen. We hebben geleerd dat communicatie, watervoorziening en de toestand van de boswegen belangrijk zijn. De twee nationale brandbestrijdingssystemen zijn weliswaar zeer verschillend, maar de samenwerking tussen de Duitse en Nederlandse hulpdiensten is zeer goed. Verschillende stafmedewerkers spreken zowel Duits als Nederlands. Zij oefenen elk jaar samen over de grens, maar tot nu toe is er een gebrek aan gezamenlijke praktijkoefeningen van de brandweerlieden in het grensgebied. Er was ook een liaison tussen de twee landen tijdens de brand; één telefoontje was voldoende. Leger- en politiehelikopters uit zowel Duitsland als Nederland werden ingezet en konden respectievelijk 2.000 en 8.000 liter water uit het Blanke Water opnemen. Door de rampsituatie met deze brand is de wens toegenomen om sneller deuren te openen bij overheden, bijvoorbeeld bij het Duitse Ministerie van Milieu. Dit is waar de parlementsleden Dr. Marcus Optendrenk (CDU) en Dietmar Brockes (FDP) voor pleiten in het deelstaatparlement van Noordrijn-Wesfalen.”


Nieuw INTERREG VI-programma 

Het nieuwe INTERREG VI-programma (vanaf 2022) biedt in de euregio rijn-maas-noord mogelijkheden om de grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van bosbrandbestrijding verder uit te breiden. Met het project Natuur- en bosbrandpreventie was er al in het kader van INTERREG V-A een project, waarbij 100 slangkoppelingen werden gerealiseerd om de Duitse en Nederlandse slangensystemen op elkaar aan te sluiten. “In een nieuw programma denk ik met name aan de ontwikkeling van diepe putten voor de bluswatervoorziening, de digitalisering van de cartografie, vooral aan Duitse kant, en de verbetering van de communicatie. We hebben een 5G-verbinding nodig in het bosgebied. Dit project kan worden uitgevoerd in de gehele euregio rijn-maas-noord, waar meer dan 10.000 hectare bos ligt. Het is belangrijk om over de grens te kijken op het gebied van natuurbehoud en landschapsplanning. De euregio verruimt mijn blik en ik krijg heel andere informatie dan wanneer ik alleen naar mijn eigen land kijk”, zegt de burgemeester met de “holländische Nase”, zoals hij dat noemt.


In het blauw: links burgemeester Kalle Wassong en rechts burgemeester Monique de Boer-Beerta

Door de coronacrisis staat het thema gezond bouwen centraal. Het grensoverschrijdende Healthy Building Network heeft meer dan twintig aanvragen ontvangen voor innovatievouchers ter bevordering van duurzaam bouwen. Het nieuwe archiefgebouw van de Kreis Viersen moet eind juni 2021 klaar zijn. Met dit project wil men laten zien dat duurzaam bouwen ook economisch gezond kan zijn. Lees hier het interview met projectmanager Anastasia Araktsidou over dit INTERREG-project.

 

Wat is het Healthy Building Network? Hoe werkt het? En wie financiert het?

Het Healthy Building Network (HBN) is een innovatienetwerk en kennisplatform dat gespecialiseerd is in gezond bouwen en renoveren. Het INTERREG-project heeft tot doel het bewustzijn van gezond bouwen en renoveren te vergroten, bedrijven te inspireren en bestaande kennis over recyclingmanagement, intelligent gebruik van duurzame materialen en energie-efficiëntie beschikbaar te stellen.

Het Healthy Building Network biedt innovatievouchers aan voor verschillende diensten die bedrijven op weg helpen naar een gezond gebouw. Bedrijven kunnen deze vouchers gebruiken om diensten van andere bedrijven of van onderzoeks- en onderwijsinstellingen af te nemen. Een voucher kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor een haalbaarheidsstudie of voor een project om gezonde materialen te ontwikkelen. Op deze manier draagt het grensoverschrijdende netwerk bij aan de ontwikkeling van een modelregio, waarin de nieuwste technologieën levendig en tastbaar worden. Want gezonde gebouwen zijn een goed visitekaartje voor het bedrijf.

Het HBN wordt in het kader van het INTERREG V-A-programma gefinancierd door de Europese Unie, de provincie Limburg, het ministerie van Economische Zaken, Innovatie, Digitalisering en Energie van de deelstaat Noordrijn-Westfalen en andere projectpartners. Zie ook https://healthybuildingnetwork.com.  

 

Hoe staat het met de innovatievouchers? Hoeveel bedrijven doen al mee?

Veel goede en innovatieve ideeën hebben ons in de afgelopen maanden bereikt. Op dit moment hebben we meer dan twintig aanvragen, die we de komende weken verwachten te kunnen goedkeuren. Hiervoor zijn we nog steeds op zoek naar productiebedrijven en dienstverleners die de aanvragers kunnen ondersteunen in het kader van een betaald contract. We kijken er ook naar uit om van innovatieve bedrijven te horen of ze de juiste partner voor een van de projecten kunnen zijn.

 

Met het nieuwe archiefgebouw van de Kreis Viersen wordt momenteel een proefproject opgezet aan de Duitse kant van onze euregio. Wat is de status hiervan?

De nieuwbouw van het archief is een voorbeeldproject in de Kreis Viersen op het gebied van gezond en duurzaam bouwen. Op dit moment verloopt de bouw volgens plan; de grondwerken zijn afgerond en de betonwerken zijn in maart gestart. De vloer dient medio mei klaar te zijn. De eerste steen moet in juli 2020 worden gelegd. Of er sprake zal zijn van vertraging als gevolg van de coronacrisis is nog niet bekend. De voltooiing staat echter nog steeds gepland voor eind juni 2021. 

Het gebouw is duurzaam, niet alleen vanwege de grondstofbesparende bouwmethode, maar ook vanwege het energiebesparende ontwerp. Er worden geen fossiele brandstoffen gebruikt om warmte en koude op te wekken tijdens het gebruik. Bovendien komt er geen gasaansluiting in het nieuwe gebouw. Het gebouw wordt uitgerust met milieuvriendelijke technologieën, bijvoorbeeld met zonnecollectoren en zonnepanelen op het dak in combinatie met een warmtepomp. ’Landrat’ Dr. Andreas Coenen zegt: “We bouwen het eerste gebouw in Noordrijn-Westfalen dat consequent de principes van circulaire waardecreatie toepast. We laten daarmee zien dat duurzaam bouwen economisch verantwoord is”.

 

U schrijft op uw website dat gezonde gebouwen juist relevant zijn in tijden van corona. In hoeverre is dit merkbaar bij bedrijven? Hoe krijgt u juist nu aandacht voor dit onderwerp?

We merken duidelijk dat het onderwerp gezondheid steeds belangrijker wordt. Hoewel het op dit moment op sommige plaatsen wat rustiger is, worden de aanvragen steeds concreter. Waar in het begin vrij algemene vragen werden gesteld over het onderwerp gezond en duurzaam bouwen, worden de vragen nu specifieker; het ‘hoe’ krijgt de focus. Zo krijgen we vaak vragen over hoe we op een gezonde manier in gebouwen kunnen werken. Dit vereist echter een combinatie van bouwkundige maatregelen aan de ene kant en gedragsmatige acties aan de andere kant. Door de huidige situatie staan bedrijven meer open voor nieuwe manieren van werken en worden ze veel creatiever. En dat is precies wat de voedingsbodem is voor innovaties en nieuwe benaderingen, die gezond bouwen met zich meebrengt. Ook wij als projectpartners hebben op dit moment wat meer tijd en kunnen die gebruiken voor persoonlijke gesprekken met bedrijfsvertegenwoordigers.  

 

Er wordt vaak gezegd dat gezond bouwen duur is. Is dat waar?

Nee, dat is niet waar. We zien in onze projecten dat gezonde en circulaire gebouwen maximaal 5% duurder zijn dan conventionele gebouwen, en dat alleen in termen van investeringskosten. Als je daar de exploitatie- en onderhoudskosten bij optelt die gedurende de levensduur van zo’n gebouw worden gemaakt en het feit dat de gebruikers ervan volgens de laatste bevindingen productiever en minder ziek zijn, dan wegen de economische voordelen ruimschoots op tegen de kosten. Dit wordt ook ondersteund door onze business cases, die we zowel voor het Stadskantoor Venlo als voor gezonde gebouwen in het algemeen concreet hebben ontwikkeld.

 

 

Stadskantoor Venlo, Ton Desar.